Rol- en taakverdeling
Werkgever
De werkgever is primair verantwoordelijk voor het beschermen van zijn medewerkers. Hij neemt deze verantwoordelijkheid daadwerkelijk en zichtbaar op zich door duidelijk uit te spreken dat agressie en geweld niet worden getolereerd. Hij formuleert hiertoe concrete doelstellingen, stelt het veiligheidsbeleid vast, stelt procedures op en mandateert de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. En hij stelt de financiële middelen, tijd en opleidingsfaciliteiten die hiervoor nodig zijn ter beschikking aan de medewerkers.
De werkgever kan zijn rol invullen door aan te tonen dat zijn organisatie voldoet aan de eisen van de Arbowet. Dat wil zeggen, dat het bedrijf:
- onderzocht heeft welke schadeveroorzakende gebeurtenissen zich zouden kunnen voordoen (risicoanalyse);
- op basis van deze risicoanalyse zorgvuldig afgewogen preventieve maatregelen heeft getroffen;
- medewerkers met enige regelmaat instrueert over de te verrichten werkzaamheden en de risico’s die daaraan verbonden zijn;
- instructie en training over omgaan met agressie en geweld verzorgt;
- goede opvang en nazorg geboden wordt;
- over een procedure beschikt om incidenten te melden, registreren en analyseren;
- beschikt over schriftelijk vastgelegde beleidsplannen en protocollen;
- huisregels heeft opgesteld waaraan bezoekers en klanten zich moeten houden
- dat er toezicht is op de naleving van deze protocollen en huisregels;
- aantoont dat periodieke evaluatie van beleid, protocollen en maatregelen plaatsvindt.
Preventiemedewerker
De preventiemedewerker begeleidt en bewaakt namens de werkgever de uitvoering van de geplande maatregelen die voortkomen uit het beleid. Hij ziet toe op een eenduidige registratie van voorvallen en op de analyse ervan, ziet er op toe dat de nazorg na een voorval van agressie en geweld geregeld is en zorgt voor de coördinatie van de afhandeling van schade en letsel. Hij rapporteert periodiek over de voortgang aan de werkgever.
Leidinggevende
De (direct) leidinggevende geeft uitvoering aan het vastgestelde beleid, creëert voldoende randvoorwaarden voor een effectieve aanpak van agressie en geweld, stuurt hierop en voert hierover overleg met de aangestelde preventiemedewerker. Hij is ook verantwoordelijk voor de personeelszorg en opvang na incidenten.
Werknemer
De werknemer heeft de plicht alle mogelijkheden te benutten om agressie en geweld te voorkomen en/of te beperken. Hiervoor is kennis over het voorkomen en omgaan met agressief gedrag noodzakelijk. De werknemer dient daartoe verplicht georganiseerde voorlichtingen bij te wonen en actief aan trainingen deel te nemen. Ook is de werknemer verplicht de geldende voorschriften na te leven en maatregelen te nemen tegen risico’s als gevolg van de werkzaamheden om zichzelf, collega’s en derden te beschermen.
Personeelsvertegenwoordiging
De OR of PVT heeft de plicht en mogelijkheid om het beleid te beïnvloeden. De Wet op de Ondernemingsraad (WOR) en de CAO bieden hen daarvoor mogelijkheden via het:
- Initiatiefrecht: de OR kan de werkgever voorstellen doen of onderwerpen op de agenda zetten;
- Instemmingsrecht dat betrekking heeft op bijna alle onderwerpen die gerekend kunnen worden tot het sociaal beleid;
- Informatierecht: tweemaal per jaar moet de algemene gang van zaken in de onderneming worden besproken. Daarbij komen ook het arbo- en verzuimbeleid aan de orde. Daarnaast heeft de OR of PVT het recht om informatie op te vragen over onderwerpen die te maken hebben met het arbo-, verzuim- en re-integratiebeleid.